Beslag m.b.t. bijzondere gemeenschappen

Deurwaarders hebben bij het leggen van (executoriale of conservatoire) beslagen in de meeste gevallen te maken met schuldenaren die geen deel uitmaken van een gemeenschap of deel uitmaken van een eenvoudige gemeenschap (artikel 3:166 lid 1 BW). Naast de eenvoudige gemeenschap bestaan er ook bijzondere gemeenschappen. Een voorbeeld van een bijzondere gemeenschap is de ontbonden huwelijksgemeenschap. Wanneer het gaat om een bijzondere gemeenschap (artikel 3:189 e.v. BW), dient door de deurwaarder - die belast is met de beslaglegging - goed te worden opgelet. 

ARREST HOGE RAAD

Op 30 maart 2001 wees de Hoge Raad een zeer belangrijk arrest (LISV/Grifhorst). De uitspraak vindt u hier en dient ons inziens te behoren tot de basiskennis van elke deurwaarder.

In de onderhavige zaak was er ten verzoeke van LISV beslag gelegd op de onroerende zaak die - volgens het proces-verbaal van beslaglegging - in eigendom toebehoort aan, althans ten name staat van de heer Grifhorst. De heer Grifhorst was op 29 april 1974 in gemeenschap van goederen gehuwd. Op het moment van beslaglegging was het huwelijk reeds ontbonden maar nog niet verdeeld (lees: een bijzondere gemeenschap), waarna de onroerende zaak uiteindelijk - na beslaglegging - is toebedeeld aan de ex-echtgenote van de heer Grifhorst.

De Hoge Raad stelde vast dat de onroerende zaak deel uitmaakte van de bijzondere gemeenschap en overwoog het volgende:

  • LISV kon haar vordering verhalen op, in beginsel, alle goederen van de deelgenoten (de heer Grifhorst en zijn ex-echtgenote), ingevolge artikel 3:191 lid 1 ook op het aandeel van hem in de ontbonden huwelijksgemeenschap;
  • Bij het leggen van het beslag wordt gespecificeerd op welk vermogensrecht het wordt gelegd;
  • In het onderhavige geval is niet beslag gelegd op het aan de heer Grifhorst toebehorend goed - zijn aandeel in de ontbonden huwelijksgemeenschap - maar op de volle - in de gemeenschap vallende - eigendom van de woning waarop geen verhaal voor een schuld van de heer Grifhorst mogelijk was.
  • Conversie van het beslag is niet mogelijk;

Gevolg: het gelegde beslag is terecht door het gerechtshof opgeheven en het cassatieberoep is door de Hoge Raad verworpen.

CONCLUSIE

Het aandeel van een deelgenoot in een gemeenschap is een vermogensrecht van andere aard dan de eigendom van tot de gemeenschap behorende zaken. De deurwaarder die belast is met het nemen van beslagmaatregelen zal zich voorafgaand aan de beslaglegging er derhalve altijd van moeten vergewissen of er sprake is van een bijzondere gemeenschap, ter voorkoming van het mogelijkerwijs verkeerd omschrijven van het in beslag genomen vermogensrecht in zijn proces-verbaal.

Mocht u informatie willen hebben over een dergelijke beslaglegging, of een specifieke casus met ons willen bespreken, dan kunt u te allen tijde contact met ons opnemen.